Tijdspad filosofie 1850 – 1950:
De evolutionisten:
1809 – 1892 Charles Robert Darwin
1861 – 1947 Alfred North Whitehead
De Existentialisten:
1844 – 1900 Friedrich Nietzsche
1905 – 1980 Jean Paul Sarte
1908 – 1986 Simone de Beauvoir
Pragmatisme:
1859 – 1952 John Dewey
De Nieuwe Wetenschappers:
1879 – 1955 Albert Einstein
De evolutionisten:
Charles Robert Darwin (1809 -1892)
De boottocht met de Beagle die de jonge Darwin in 1831 maakte voorzag hem van het materiaal en het inzicht om een van de invloedrijkste theorieën van de moderne tijd op te stellen. De evolutie theorie. Zijn inzichten heeft hij vastgelegd in de “Origin of Spiecies” en in “The Decent of Man”.
Citaten:
1. Het is niet de sterkste van een soort die overleeft, ook niet de intelligentste. Wel degene die zich het beste aan veranderingen kan aanpassen.
2.De term soort is een arbitrair woord dat voor het gemak gebruikt wordt om een verzameling sterk op elkaar gelijkende wezens te beschrijven en dat deze term niet veel verschilt van de term variëteit, die voor minder duidelijk en meer uiteenlopende vormen wordt gebruikt.
Alfred North Whitehead (1861 -1947)
Hij is de filosoof van organisme.
Citaat:
1. De geschiedenis van de wetenschap kan niet los gezien worden van het culturele milieu waarin ze bedreven wordt.
De Existentialisten:
Friedrich Nietzsche (1844 -1900)
De diepzinnige filosoof Nietzsche, die al op 24 jarige leeftijd hoogleraar werd aan de universiteit van Basel, is o. a. beroemd om zijn concept van “de wil tot macht”. Volgens hem heeft ieder persoon de noodzaak om de externe krachten die op hem inwerken te controleren en te domineren om zodoende meester te worden van zijn eigen situatie en ziet dit als een fundamentele drijvende kracht voor ieder persoon. De deugdzame mens helpt de ongelukkige, maar niet, of bijna niet uit medelijden, maar uit de drang die voortkomt uit een overdaad aan macht. Enige krachtige citaten uit het omvangrijke werk van Nietzsche zijn “herwaarderen van alle waarden”, “God is dood”, Übermensch, wil tot macht, nihilisme en eeuwige terugkeer.
Citaten:
1. In de grond weet ieder mensgoed genoeg dat hij een uniek wezen is, waarvan er maar een op de wereld is. Door geen enkel buitengewoon toeval zal zo’n prachtig stuk eenheid in verscheidenheid ooit ergens anders een tweede keer bestaan. Voor meer citaten van Friedrich Wilhelm Nietzche.
2. Veel mensen worden alleen al daarom geen denker, omdat hun geheugen te goed is. Friedrich Wilhelm Nietzche.
3. Zelfs de dappersten onder ons hebben maar zelden de moed van wat hij werkelijk weet. Friedrich Nietzche.
4. De consequenties van onze daden grijpen ons beet, ongeacht onze beweringen dat we onszelf intussen “verbeterd” hebben. Nietzche.
5. Onze mooiste ervaringen zijn onze stilste momenten.
Jean Paul Sarte (1905 -1980)
De existentialist gaat er van uit dat het bestaan (existentie) vooraf gaat aan de essentie. Ofwel dat de mens eerst zichzelf zonder doel op de aarde bewust wordt, en daarna als reactie daarop de betekenis van zijn leven definieert. Een grondbeginsel van de filosofie van Sarte is dat de mens nooit gedwongen is, hij heeft altijd een vrije keuze. Deze keuze heeft wel als consequentie dat we verantwoordelijk zij voor alles wat we doen. De blijde boodschap van Sarte is dat het lot van de mens in zichzelf zit.
Citaat:
1. Het is aan het individu om het leven te kiezen dat hij denkt dat het beste is.
Simone de Beauvoir (1908 – 1986)
Deze schrijfster/filosoof heeft een grote rol gespeeld in de opkomst van het moderne feminisme. Ook had ze grote invloed op de latere opvattingen van Sartre.
Citaat:
1. Men wordt niet als vrouw geboren, maar wordt er een.
Pragmatisme:
John Dewey (1859 – 1952)
De in 1859 geboren John Dewey wordt gezien als de belangrijkste vertegenwoordiger van het pragmatisme welk inhoud dat de waarheid blijkt uit de praktische consequentie van een gegeven idee. De hypothese moet dus in de praktijk getest worden om de these te bepalen. Niets is onfeilbaar en alles zal in de praktijk moeten worden getoetst. Wat in een situatie uitstekend voldoet kan in een andere situatie niet werken. Ook morele beginselen moeten experimenteel getoetst worden. In het onderwijs heeft zijn principe dat waarheid gebaseerd is op onderzoek en ervaring en niet pure feiten kennis grote invloed gehad..
Citaten:
1. Leren is een sociaal proces. Leren is groei. Leren is niet een voorbereiding op het leven, maar het leven zelf.
2. Een doel dat bereikt is, vormt het startpunt van het volgende.
3. Democratie is meer dan een regeringsvorm. Het is bovenal een manier van samenleven, van gezamenlijk gedeelde ervaringen.
4. De democratische manier van conflicten oplossen is ze naar buiten brengen zodat ze door verschillende partijen kunnen worden gezien en getaxeerd en daarna bediscussieerd en beoordeeld.
5. Het zelf is geen kant en klaar product maar wordt continu gevormd door de keuzes in het handelen.
6. Als een bloem die er prachtig uitziet maar absoluut niet ruikt, zo zijn de vruchteloze woorden van iemand die de daad niet bij het woord voegt.
De Nieuwe Wetenschappers:
Albert Einstein (1879-1955)
Hij luidde met zijn relativiteitstheorie het begin van de moderne wiskunde in. De filosofische en empirische consequenties van zijn theorie zijn nog niet geheel te overzien, maar dat dit baanbrekende werk gevolgen heeft voor het menselijk denken staat vast. Twee dingen verandereden in het menselijk denken door E=mc2, dat is ten eerste dat de positie van de waarnemer bepalend is voor de waarneming en ten tweede dat tijd bij zware voorwerpen langzamer lijkt te gaan. Einstein werd in Duitsland geboren en kreeg in 1935 de Amerikaanse nationaliteit. Nadat hij de hoop had opgegeven om aan een universiteit te werken kreeg hij een baan bij het octrooibureau in Bern waar hij de algemene en speciale relativiteitstheorie opstelde. Einstein die ook politiek actief was voor het zionisme en de wereld vrede kreeg in 1952 het presidentschap van Israël aangeboden. Een aanbod dat hij overigens heeft afgeslagen. Leuk voor ons Nederlanders is dat hij op 27 oktober 1920 in het Academiegebouw aan het Rapenburg te Leiden zijn inaugurele rede hield en sindsdien regelmatig naar Leiden kwam voor enige weken. Vanaf 1920 was hij naast hoogleraar in Berlijn dus ook bijzonder hoogleraar aan de Universiteit van Leiden.
Citaten:
1. Een mens maakt deel uit van het geheel, dat door ons “het universum” genoemd wordt. Onze taak moet zijn dat we onze cirkel van compassie vergoten, zodat alle levende wezens en de gehele natuur in al haar schoonheid erdoor omvat worden.
2. Als A succes in het leven is, dan staat A gelijk aan x plus y plus z. Werk is x, Y is spel en z is je mond dicht houden.
3. We moeten er voor oppassen dat we van ons verstand geen God maken. Het heeft best krachtige spieren maar geen persoonlijkheid.
4. Het streven naar waarheid en schoonheid is een activiteit waarbij we in ons hele leven kind mogen blijven.
5. De problemen die in de huidige wereld bestaan, kunnen niet worden opgelost op het denkniveau dat ze geschapen heeft.
6. Het is de plicht van ieder mens om minstens het equivalent van wat hij uit de wereld haalt er ook weer in terug te stoppen.
7. Het hele proces van wetenschappelijke ontdekkingen is eigenlijk een constante vlucht voor wonderen.
8. Het mooiste dat we kunnen ervaren is het mysterieuze. Voor wie deze emotie een vreemdeling is, voor wie niet langer langer kan pauzeren om zich te verwonderen en verrukt staat in ontzag, die is zo goed als dood: zijn ogen zijn gesloten.
9. Alles staat of valt met de verbeeldingskracht. Ze toont de genoegens die ons nog wachten.
10. Ik weet waarom veel mensen graag hout hakken. Bij deze gelegenheid ziet men direct het resultaat.
11. De idealen die mijn pad hebben verlicht, en mij keer op keer nieuwe moed hebben gegeven om het leven blij te zien, waren vriendelijkheid, schoonheid en waarheid.
12. Onze belangrijkste taak is te streven naar deugdzaamheid in ons handelen. Onze innerlijke balans en zelfs ons bestaan hangen er van af. Alleen deugdzaam handelen kan het leven mooi en waardig maken.
13. Bidden verandert niet de wereld, maar bidden verandert de mens. En de mens verandert de wereld.
14. De intuïtie is een Godsgeschenk, de ratio een dienaar; ergens in de tijd zijn we de dienaar gaan aanbidden en zijn we het geschenk vergeten.
15. Creativiteit is intelligentie die lol maakt.
Of kies een van de volgende filosofie pagina’s;
Naar filosofie van 0 -1000 AC met o.a. Marcus Aurelius met zijn mooie citaten.
Filosofie tussen 1000 en 1700 AC met filosofen als Descartes en Spinoza.
Hier vind je de Filosofische gedachten van 1700 – 1850 met Kant, Schopenhauer en Emerson.
Voor de latere filosofie van 1850 -1950 met Darwin, Sarte en Einstein.
Ook hedendaagse filosofie is te vinden op deze site.
Voor een overzichtelijke tijdlijn van de filosofie.
Tenslotte is er ook een overzicht met filosofie citaten en een met oosterse filosofie.